Zó voorkomt u een tekenbeet

Een tekenbeet kunt u het hele jaar door oplopen, maar in de maanden mei, juni en juli zijn deze beestjes het meest actief. Check uw lichaam in deze maanden dus extra goed wanneer u in de natuur bent geweest. Het beste is uiteraard om een tekenbeet te voorkomen. Maar soms is het toch te laat en ontdekt u er toch een op uw lichaam. Hoe en wat te doen? Wij zochten het voor u uit!

Hoe gevaarlijk is een tekenbeet?

Teken dragen diverse infectieziektes met zich mee, die ze gemakkelijk op mensen overbrengen. Jaarlijks krijgen circa 27.000 mensen de ziekte van Lyme. Ongeveer 20% van de teken draagt de Borrelia-bacterie, die deze ziekte veroorzaakt, met zich mee. Mogelijk ligt het aantal besmette mensen hoger, aangezien niet iedereen door heeft door een teek gebeten te zijn. Ook krijgt niet iedereen de kenmerkende rode vlek of kring.

Naast de Lyme-bacterie zitten er vaak ook andere ziekteverwekkers in teken, zoals parasieten, bacteriën en virussen. Een tekenbeet kan in uitzonderlijke gevallen leiden tot een besmetting met het tekenencefalitisvirus (TBE), dat sinds 2016 ook in Nederland voorkomt. De meeste mensen die hiermee besmet raken worden niet ziek of krijgen slechts milde klachten vlak na de beet. Bij een klein deel kan het ernstiger aflopen: van de patiënten overlijdt één tot twee procent aan hersenvliesontsteking als gevolg van de beet.

Klachten bij een tekenbeet

Op de plek van de tekenbeet verschijnt op de huid vaak een verkleuring die langzaamaan groter wordt. Deze plek kan tot drie maanden na de beet nog verschijnen.

De klachten die u kunt krijgen, lopen uiteen. In de eerste weken na de beet kunt u koorts krijgen en eventueel spier- en gewrichtspijn. Soms ontstaan gewrichtsklachten of klachten aan de huid, zenuwen of het hart. Dat kan gebeuren als de vroege klachten van de ziekte van Lyme niet behandeld zijn met antibiotica.

Zowel de vroege als latere stadia van Lyme zijn te behandelen met antibiotica, maar in een later stadium kan al wel schade zijn ontstaan door de ontsteking. Daarom is het belangrijk om meteen contact op te nemen met uw huisarts wanneer u de klachten herkent.

Hoe voorkomt u een tekenbeet?

U kunt een aantal maatregelen nemen om een tekenbeet te voorkomen. Blijf bijvoorbeeld zoveel mogelijk op paden en vermijd dichte begroeiing en struikgewas, zo tipt het Rode Kruis.

U kunt het beste dichte schoenen, lange mouwen en een lange broek dragen. Stop uw broekspijpen vervolgens in uw sokken. Lichte kleding dragen helpt ook, puur omdat teken hierop beter zichtbaar zijn en u ze dus eerder kunt ontdekken.

Verder kunt u een insectenwerend middel op uw kleding spuiten. Gebruik daarvoor een middel dat DEET (diethyltoluamide) bevat. Dit middel kunt u ook rechtstreeks op uw huid aanbrengen.

Toch gebeten, wat nu?

Hoe langer de teek in uw huid zit, hoe groter de kans dat hij ziekteverwekkers overdraagt. Het is dus zaak om de teek zo snel mogelijk uit uw huid te verwijderen. Op advies van het RIVM smeert u liever geen alcohol, jodium, olie of andere middelen op de plek voordat u de teek verwijdert.

U pakt de teek met een puntig pincet zo dicht mogelijk op de huid bij de kop vast en trekt hem er rustig uit. Als er een stukje van de kop in de huid achterblijft is dat niet direct gevaarlijk. Dat komt er namelijk vanzelf uit, net als bij een splinter. Desinfecteer vervolgens de beet met wat alcohol of water en zeep om te voorkomen dat de plek gaat ontsteken.

Vervolgens is het van belang dat u bijhoudt wanneer en waar u op de huid gebeten bent. Dit stuk huid houdt u zo’n drie maanden na de beet goed in de gaten, om te zien of er verkleuring van de huid ontstaat of andere klachten die passen in het ziektebeeld van Lyme.